Assen            1 Ap Bp Brd Kl KNSB TPR  RaTg W-We
1. Renze Rietveld   0 1  0  1,0 1w 2258 2053 2233 -0,5
2. Maarten Dijkstra 0 1  0  2,0 1z 2028 1851 2060 -0,5
3. Pieter Tromp     0 1  0  3,0 1w 2013 1887 2146 -0,3
4. Elmar Hommes     0 1  0  4,0 1z 2005 1829 2038 -0,5

Balend bekerteam blundert bar en boos

door Sjoerd Homminga

Dromend van aantrekkelijke tegenstanders in de KNSB-beker vertrok onze hoofdmacht zonder Ivo Maris richting Deventer om tegen het op papier iets sterkere DSG Pallas aan te treden. De heenreis verliep voortvarend, mede omdat diverse malen de aanwijzingen van de TomTom genegeerd werden. Aangekomen in de stad van de bekende koeken was er ruim tijd om een plaatselijke supermarkt te bezoeken waar elk teamlid een banaan van een tros plukte, deze voorzag van een sticker, hem vervolgens keurig gepast afrekende en hem buiten aangekomen direct burgemeester maakte. Een betere voorbereiding kun je je niet wensen.
In de drukke speelzaal waar onze gastheer nog twee andere teams verwelkomde werden wij van ruime plaatsen, prima borden en stukken èn consumptiebonnen voorzien.

Bij Maarten (zwart) stond na de achtste zet van wit de volgende stelling op bord:

Wit: Ke1, Dc4, Ta1, Th1, Lc1, Lf1, Pc3, Pf3, pi a2, b2, c2, e4, f4, g2, h2; Zwart: Ke8, Da5, Ta8, Th8, Lc8, Lg7, Pb8, Pf6, pi a7, b7, c5, e7, f7, g6, h7

Maarten speelde hier 8… Pxe4 met het idee dat 9. Dxe4 gevolgd zou worden door 9… Lxc3. Terwijl ik zelf de consequenties van 9. Db5 aan het doorrekenen was, werd dit stuk daar prompt naartoe gedirigeerd en kon Maarten binnen een half uur de vlag strijken.

Kort daarop keek Pieter (wit en aan zet) tegen de volgende stelling aan:

Wit: Kh1, Dd3, Ta1, Tf1, Lc1, Lf3, Pc3, Pd4, pi a3, b2, c2, e4, f4, g4, h2; Zwart: Kh\g8, Dc4, Ta8, Tf8, Lb7, Le7, Pd7, Pf6, pi a6, b5, d6, e6, f7, g7, h7

Zwart wil eigenlijk wel de dames ruilen. Zelf zat ik hier te rekenen aan een stelling waarbij wit middels dameruil kon afwikkelen naar een stelling met een pionnenmeerderheid op de damevleugel. Pieter besloot anders en hield met 14. De3 de spanning vast. Dapper vond ik, totdat zwart onmiddellijk zijn dame vastpakte en de toren op f1 nam. Oeps 2-0 achter.

Aan bord vier dreigde Elmar (zwart) op dat moment een stuk te verliezen na 16. g4.

Wit: Ke1, Dc2, Ta1, Th1, Ld3, Le3, Pf1, pi a3, b2, c3, f4, g4, h3; Zwart: Kg8, De6, Ta8, Tf8, Le7, Lh5, Pf6, pi a7, b7, d5, f7, g7, h7

Vol goede moed speelde Elmar hier 17… d4 en na 18. cxd4 bood wit remise aan! “Ai” dacht ik, nu moet ik een gepast antwoord verzinnen wanneer Elmar mij gaat vragen wat te doen:

  • het aanbod aannemen, geen kostbare ratingpunten verliezen, en een waarschijnlijk teamverlies onmiddellijk accepteren of
  • op karakter de partij voortzetten

Grootmoedig besloot Elmar mij niet op te zadelen met dit duivels dilemma en speelde 18… Pd5. Daarmee maakte hij het zijn tegenstander nog knap lastig zeker toen 18. Df2 Lh4 19. Dxh4 Pxe3 20. Kf2 Tae8 volgde. Hier ging zijn tegenstander diep de denktank in.

Op het eerste bord waar Renze wit had stond het als volgt met wit aan zet:

Wit: Ke1, Dd1, Ta1, Th1, Lf1, Lg5, Ph5, pi a2, b2, c3, e5, f2, g4, h4; Zwart: Ke8, Db6, Ta8, Th8, Lf8, Lh7, Pc6, pi a6, b7, d5, e6, f7, g7

Renze heeft een pion meer en heeft de koningsvleugel aardig onder schot. Zwart's kansen liggen op het snoepen van diverse pionnen. Zelf zat ik te dubben over 15. De2, maar omdat wit kort moet rocheren zal hij de witte loper op g2 moeten plaatsen, waar deze eigenlijk niets te zoeken heeft. Renze besloot tot 15. Le2 waarna hij met 15… Dxb2 16 0-0 Pxe5 17. Te1 Le4 18 Pg3 Dxc3 drie pionnen inleverde met als compensatie actief tegenspel.

Zowel Renze als Elmar wisten de strijd tot na 23.30 uur te rekken. Voor beiden gold daarbij: het is alles of niets. In beide gevallen leidde het materieel nadeel tot verlies waarbij opgemerkt moet worden dat Elmar tot het bittere eind zetherhaling in verloren stelling uit de weg ging. De strijdlust, het wegcijferen van eigenbelang en het oog voor het teambelang valt hier enorm te prijzen.

De gedetailleerde uitslagen zijn:

   DSG Pallas        2119 - Assen              2076 4 - 0
1. Koen Lambrechts z 2233 - Renze Rietveld   w 2258 1 - 0
2. René Renders    w 2060 - Maarten Dijkstra z 2028 1 - 0
3. Arnold Fryling  z 2146 - Pieter Tromp     w 2013 1 - 0
4. Morris Merza    w 2038 - Elmar Hommes     z 2005 1 - 0